De introductie van de gloeilamp is een
belangrijke ommekeer in het leven van mens en maatschappij. Dag en nacht licht. Het
is slechts een onderdeel van het begrip licht, maar niet meer weg te
denken.
In 1879 werd de uitvinding van de gloeilamp
toegeschreven aan Thomas Edison. In werkelijkheid was hij slechts onderdeel van een groep mensen, die uit
elektriciteit licht probeerde te maken. Niet lang na de ontdekking van het
peertje ontstonden er meerdere gloeilampfabrieken in Nederland, waarvan Philips
het bekendst is. De verlichting van de wereld kon beginnen.
Kunstuitingen
in de reclame in de eerste vijftig jaren van het bestaan van Philips.
Bekende kunstenaars als Raoul Hynckes, Albert Hahn en Leo Gestel kregen
van Philips opdracht voor het ontwerpen van een affiche of andere reclame
uiting.
In 1923 neemt Philips de eerste reclameontwerper, de Duitser Hans
Oertle, in dienst.
Twee jaar later ontstaat onder de bezielende leiding van Louis
Kalff een reclamestudio waar ontwerpers uit verschillende landen werkzaam
zijn. De reclamestudio, die
vanaf eind 1928 Artistieke Propaganda heet, kent zijn hoogtepunt
aan het eind van de jaren twintig als er elf ontwerpers in dienst
zijn.
Wat voor manieren had de mens ontwikkeld
voor de uitvinding van de gloeilamp?
PREHISTORIE
De prehistorische mens begreep dat hij,
naast het klaar maken van voedsel, vuur kon gebruiken om de duisternis te
verdrijven. Een belangrijke ontwikkeling in de prehistorie was het vervaardigen
van een draagbare vorm van verlichting. Toortsen of fakkels werden
waarschijnlijk gemaakt door harsachtig materiaal bijeen te binden op een
stok. Dit is uiteraard slechts een aanname, daar er geen overblijfselen zijn
gevonden van dergelijke houten fakkels.
Hier staat tegenover dat er vele honderden
stenen lampen zijn die de tand des tijds
hebben doorstaan. De stenen, die de mens gebruikte als lamp, waren doorgaans stenen
met een (natuurlijke) uitsparing, waarin brandbaar materiaal werd gedaan. De meeste van deze lampen zijn gevonden in het zuidwesten van Frankrijk.
De beste illustratie van de ontwikkeling van het draagbare licht zijn de grotschilderingen in Zuid-Frankrijk. Deze prachtige fresco’s, diep in de grotten van Lascaux, zouden onmogelijk hebben bestaan zonder dat de prehistorische mens een betrouwbare manier van verlichting van hun grotten had ontwikkeld.
hebben doorstaan. De stenen, die de mens gebruikte als lamp, waren doorgaans stenen
met een (natuurlijke) uitsparing, waarin brandbaar materiaal werd gedaan. De meeste van deze lampen zijn gevonden in het zuidwesten van Frankrijk.
De beste illustratie van de ontwikkeling van het draagbare licht zijn de grotschilderingen in Zuid-Frankrijk. Deze prachtige fresco’s, diep in de grotten van Lascaux, zouden onmogelijk hebben bestaan zonder dat de prehistorische mens een betrouwbare manier van verlichting van hun grotten had ontwikkeld.
DE VIER PERIODEN
In de geschiedenis van het licht zijn globaal
vier perioden te onderscheiden. Deze vier perioden vertonen wel een overlap. Zo
bleven de Franse boeren tot de Eerste Wereldoorlog dezelfde verlichtingsmanier
gebruiken als in de nabijgelegen grotten is afgebeeld. De eerste periode is de
primitieve periode gekenmerkt door fakkels en lampen van de prehistorische
mens, zoals hierboven beschreven.
In de klassieke periode waren het de Romeinen die
als eersten kaarsen gebruikten voor verlichting. Naast de kaarsen zorgde de
verbranding van plantaardige olie in bronzen lampen bij de rijken voor
verlichting. De armen moesten het stellen met een lamp van klei, waarin zij
onder andere visolie deden om voor verlichting te zorgen. In tijden van schaarste
werden de eetbare oliën gebruikt als voedsel en heerste de duisternis. Naast de
Romeinen maakten de Grieken deel uit van deze periode.
In de Middeleeuwen kwam de metalen lamp in
schwung. Deze lampen werden gebruikt tijdens de kruistochten en zelfs daarna nog
in de Renaissance. Aan het eind van de Middeleeuwen zorgde Leonardo Da Vinci
voor het begin van een nieuwe periode, de moderne periode. Da Vinci was
de eerste, die het voor elkaar kreeg om een vlam in een glazen buis te laten
branden. Het grote voordeel hiervan was dat het flakkeren van de vlam
tegen werd gegaan, waardoor het goed in tochtige omgevingen gebruikt kon
worden. Het hoogtepunt van de moderne periode, die tot op de dag van
vandaag duurt, is de uitvinding van de gloeilamp door de heer Edison en daarmee
is dit verhaal rond.
Het Internationale Jaar van het Licht is een
initiatief van de Verenigde Naties. Die willen met het themajaar laten zien hoe
belangrijk een goede verlichting is in de samenleving.